ID: |
18508 |
Nummer: |
OMATT0119-0119 |
Type: |
1.6 Weerwolven |
Omschrijving: |
Variante. |
|
Verhaalopbouw: |
Een vrouw wiens echtgenoot altijd met een berenvel moest gaan spoken, besloot het vel te verbranden toen haar man op een dag naar Holland moest. Het vel had nog maar net vuur gevat, of de man kwam door hagen en struiken aangelopen om zijn vel te redden. Het was echter al te laat. Daarop bedankte de man zijn vrouw omdat hij verlost was. |
Verhaal: |
Vroeger was dat azo: die een berevel had spooktige. En ze kosten diene vent die da berevel had niet wegkrijgen. Zekren dag moest diene vent naar Holland en da wijf peist ik ga da vel verbranden. Ze deed den oven open en smeet da vel daarin. Maar diene vent voeldige da gelijk en hij liep zo rap of dat hij koste door hagen en kanten en ot (als) hij thuis kwam, was ’t vel just opgebrand. En hij bedanktige zijn wijf want moest da vel niet opgebrand geweest zijn, moest hij in dien oven en da vel d’er were uithalen.
|
Verzamelaar: |
O. Mattheeuws |
Notulist: |
Katrien Van Effelterre |
Taal: |
West-Vlaams (grens Oost- en Zeeuws-Vlaanderen) |
Corpus: |
OMATT.20E |
Codering: |
136 |
Aard bron: | Mondeling |
Schriftbron: |
O. Mattheeuws, Leuven, s.d. |
Regio: |
Maldegem |
Kloekenummer: |
I154 |
Verteller: |
3754
Vertellersinfo |
Datering: |
|
Jaar: |
|
Relatieve Datering: |
|
Aard getuigenis: |
fabulaat |
Literair: |
nee |
Subgenre: |
sage |
Opmerkingen: |
|
|